Zambia bevindt zich op de grens van acht landen en aan het einde van twee Afrikaanse rivieren: de Zambezi en de Congo. Het biedt uitgestrekte landschappen met gevarieerde habitats en migratieroutes die ideaal zijn voor een groot aantal soorten. Het land staat vooral bekend om zijn grote populaties van de vijf grote Afrikaanse carnivoren (leeuwen, luipaarden, hyena's, wilde honden en jachtluipaarden) en om de op twee na grootste olifantenpopulatie op het continent.
Zambia wijdt meer dan 30% van zijn grondgebied aan een netwerk van beschermde gebieden (waaronder 20 nationale parken) waar de wilde fauna zich ontwikkelt.
Ondanks een gigantisch potentieel voor natuurbehoud, staan de wilde diersoorten ook hier voor vele bedreigingen:
WWF en zijn partners (waaronder African Parks) zetten zich in Zambia in om de stroperij drastisch te verminderen, de lokale bevolking te laten samenleven met wilde dieren en de verbinding tussen de verschillende beschermde zones in het land te verbeteren, waaronder de nationale parken van Liuwa, Bangwuelu, Sioma Ngwezi en Kafue, die alle van groot belang zijn voor de biodiversiteit van het land.